GEBED IEDERE DAG

Gebed met Maria, Moeder van God
Woord van god elke dag
Libretto DEL GIORNO
Gebed met Maria, Moeder van God
Dinsdag 20 mei


Lezing van Gods Woord

Alleluia, alleluia, alleluia !

De Geest van de Heer rust op u,
wie uit u geboren wordt zal heilig zijn.

Alleluia, alleluia, alleluia !

Handelingen 14,19-28

Er kwamen echter uit Antiochië en Ikonium Joden die het volk voor zich wisten te winnen. Ze stenigden Paulus en sleepten hem buiten de stad in de veronderstelling dat hij dood was.
De volgende dag vertrok hij met Barnabas naar Derbe.
Maar de leerlingen kwamen om hem heen staan en hij stond op en ging de stad binnen. Ze brachten die stad de goede boodschap en maakten er talrijke leerlingen. Daarna keerden ze terug naar Lystra, naar Ikonium en naar Antiochië, waar ze de leerlingen bemoedigden. Ze spoorden hen aan bij het geloof te blijven, en zeiden dat wij door veel ellende heen moeten om het koninkrijk van God binnen te gaan. In iedere gemeente wezen ze oudsten aan, en na bidden en vasten bevalen ze hen aan bij de Heer, op wie ze vertrouwden. Na een tocht door Pisidië kwamen ze in Pamfylië, predikten het woord in Perge en reisden naar Attalia aan de kust. Vandaar gingen ze per schip naar Antiochië, waar ze destijds aan Gods gunst waren toevertrouwd voor het werk dat ze inmiddels volbracht hadden. Na aankomst riepen ze de gemeente bijeen en deden verslag van wat God met hen gedaan had, en dat Hij voor de heidenen de deur voor het geloof had geopend. Geruime tijd bleven ze daar bij de leerlingen.

[Copyright © 1995 Katholieke Bijbelstichting]

 

Alleluia, alleluia, alleluia !

Zie, Heer, uw dienaars:
ons geschiede naar uw woord.

Alleluia, alleluia, alleluia !

Deze tekst is als het ware een samenvatting van de eerste zendingsreis van Paulus. Het is een belangrijke herinnering en een model voor elke toekomstige zending waarvan de kern altijd de verkondiging van het evangelie is. Het is niet alleen een geografische missie, maar een menselijke ervaring van de ontmoeting met mensen uit verschillende culturen en steden. Het evangelie wordt niet alleen verkondigd in de synagogen of op plaatsen die samenhangen met de religieuze traditie van de Bijbel, maar ook op pleinen, waar "de hele stad" samenkomt. Het is een beeld dat ons herinnert aan de noodzaak van onze steden om het evangelie te ontvangen, door een ruime prediking, die iedereen bereikt. De verkondiging van het evangelie in de stad creëert een nieuwe manier van samenleven, en de zorg van de leerlingen en Paulus is om gemeenschappen te stichten die dat evangelie beleven. En Paulus' uitdaging zal zijn om te bevestigen en te vermanen, dat wil zeggen, om de broederlijkheid die uit het evangelie geboren is stevig te maken. De kracht van de apostel is het woord alleen, en door deze prediking werkt de Heer in het leven van elke gemeenschap en blijft voor de mensen van onze steden "de deur voor het geloof" geopend.

Het gebed is het hart van het leven van de Gemeenschap van Sant’Egidio. Het is haar eerste “werk”. Aan het einde van de dag komt elke Gemeenschap, of die nu klein of groot is, samen bij de Heer om het Woord te beluisteren en zich tot Hem te richten in het gebed. De leerlingen kunnen niet anders dan aan de voeten van Jezus zitten, zoals Maria van Bethanië, om het “betere deel” te kiezen (Lc 10, 42) en van Hem zijn gezindheid te leren (vgl. Fil 2, 5).

Elke keer dat de Gemeenschap zich tot de Heer richt, maakt ze zich die vraag eigen van de anonieme leerling: “Heer, leer ons bidden!” (Lc 11, 1). En Jezus, meester in het gebed, antwoordt: “Wanneer jullie bidden, zeg dan: Abba, Vader”.

Wanneer we bidden, ook in de geslotenheid van ons eigen hart, zijn we nooit alleen of verweesd. Integendeel, we zijn leden van de familie van de Heer. In het gemeenschappelijk gebed wordt naast het mysterie van het kindschap, ook dat van de broederschap en zusterschap duidelijk.

De Gemeenschappen van Sant’Egidio, verspreid over de wereld, verzamelen zich op de verschillende plaatsen die gekozen zijn voor het gebed en brengen de hoop en het verdriet van de “uitgeputte en hulpeloze mensenmenigte” waarover het Evangelie spreekt (Mt 9, 37) bij de Heer. Deze oude menigte omvat de inwoners van onze hedendaagse steden, de armen die zich bevinden in de marge van het leven, en iedereen die wacht om als dagloner te worden aangenomen (vgl. Mt 20).

Het gemeenschappelijk gebed verzamelt de schreeuw, de hoop, het verlangen naar vrede, genezing, zin en redding, die beleefd worden door de mannen en vrouwen van deze wereld. Het gebed is nooit leeg. Het stijgt onophoudelijk op naar de Heer opdat verdriet verandert in vreugde, wanhoop in blijheid, angst in hoop, eenzaamheid in gemeenschap. En het rijk Gods zal spoedig temidden van de mensen komen.